Ga naar hoofdinhoud

Opleiding geweigerd wegens onaangepast lokaal

Als verantwoordelijke van een dienst van de federale politie weiger je een voortgezette opleiding aan een calog (personeel uit het administratieve en logistieke kader, burgerpersoneel bij de politie) in een rolstoel. Je legt hem uit dat het je spijt, maar dat de opleidingen doorgaan in een oude kazerne die moeilijk toegankelijk is voor personen in een rolstoel.


Juridisch antwoord

Het weigeren van redelijke aanpassingen, die personen met een handicap toelaten om op gelijke wijze deel te nemen aan het arbeidsleven, staat wettelijk gezien gelijk aan een discriminatie.

De calog moet zich steeds in een rolstoel verplaatsen en alle voortgezette opleidingen gaan door in een moeilijk toegankelijke kazerne. In deze situatie is de beperking langdurig van aard, waardoor er sprake is van een handicap. Het deelnemen aan opleidingen in een arbeidscontext valt onder het toepassingsgebied van de wet, dus redelijke aanpassingen zijn hier verplicht.


Advies aan de manager

Opdat deze medewerker zou kunnen deelnemen aan de opleiding, moet je de opleiding organiseren in een lokaal dat toegankelijk is. Je kan een ander leslokaal reserveren op het gelijkvloers of in een recenter gebouw dat conform de toegankelijksnormen is. Je moet het gebouw of het leslokaal zo aanpassen dat het toegankelijk wordt. Dit kan door bijvoorbeeld de indeling van het leslokaal te herschikken of een hellend vlak te plaatsen bij niveauverschillen. Als dit alles een te zware belasting vormt, kan je nog steeds virtueel toegang verlenen via teleconferentie of videochat.

De kosten voor dergelijke aanpassingen kunnen, op bepaalde voorwaarden, worden gedragen door de regionale fondsen van het gewest waar de medewerker/-werkster woont. Voor technisch advies, professionele ondersteuning of compensatiemaatregelen neem je best contact op met het regionaal fonds van het gewest waar de medewerker/-werkster woont:

© Unia • Interfederaal Gelijkekansencentrum • www.ediv.be